Even bijpraten - Reisverslag uit Zanzibar Island, Tanzania van WHM Koningsbrugge - WaarBenJij.nu Even bijpraten - Reisverslag uit Zanzibar Island, Tanzania van WHM Koningsbrugge - WaarBenJij.nu

Even bijpraten

Door: Wil

Blijf op de hoogte en volg WHM

16 Februari 2016 | Tanzania, Zanzibar Island

Het is even zoeken om tussen de bedrijven door tijd vrij te maken voor een blogje. Er komt nog al wat op ons pad, zoals conflicten met donoren en het van het ene op het andere moment op zoek moeten naar een regisseur.

Wie ons op Facebook volgt, heeft de foto’s van de brand bij de buren voorbij zien komen. We hebben zo’n ongelooflijke mazzel gehad dat er net die avond weinig wind stond en dat die bovendien de andere kant uitblies. De buren links van het als een fakkel brandende, 4-verdiepingen hoge, gebouw waren niet zo gelukkig. Hun dak ging eraan. De buren aan de achterkant en rechts hingen in allerlei bochten uit de ramen en vanaf de balkons en de daken om het vuur bij zich vandaan te houden.

De dichtstbijzijnde buur, de zwarte moskee, die niet zwart is, maar tijdens feestdagen met zwarte doeken vol Koranspreuken omhangen wordt, bleef wonderwel gespaard. Vrome moslims hebben daar vast wel een teken in gezien.

Zanzibar heeft één brandweerwagens, en een tankwagens met één zielige spuiten. De brandweerwagen stond in Kiponda Street, die daarmee meteen volledig geblokkeerd was. De tankwagen stond zo’n 30 meter daarvandaan geparkeerd voor het restaurant van Lukmaan, waardoor ook dat niet meer te bereiken was, en was met een aan alle kanten lekkende slang verbonden met de brandweerwagen.

De brandweer: geen ladders, geen helmen, geen handschoenen, geen enkele vorm van gereedschap, uniformjasjes losjes over de schouders geslagen, was natuurlijk helemaal geen partij voor die brand. Het enige wat ze konden doen was proberen de moskee nat te houden. Eens in de zoveel tijd vertrok de tankwagen richting de kust om water in te nemen. Er liepen wat mensen doelloos rond te rennen met emmers water.

Ik houd nooit op me te verbazen over Zanzibari. Het was voor iedereen zichtbaar dat die brandweerauto de weg blokkeerde en anders al die toeschouwers wel, en dat die brandweerjongens andere dingen aan het hoofd hadden dan opzij te manoeuvreren voor brommers en automobilisten. Maar ze bleven komen. En pas als ze echt, echt, echt niet verder konden, gingen ze proberen te keren, terwijl het verkeer achter ze nog even door bleef drukken, allemaal op de m2 en met veel aanwijzingen schreeuwende omstanders erom heen.

Er braken regelmatig vechtpartijtjes uit onder de toeschouwers die allemaal op de voorste rij wilden staan. Ondertussen probeerden van alle kanten mensen met ladders en emmers door de menigte te duwen om hun eigen huis te redden.

Je ziet op het moment, in verband met de politieke situatie, overal groepen politieagenten, redelijk agressief, hun beroep uitoefenen. Een van onze studenten ligt op het moment in het ziekenhuis, bont en blauw geslagen en met een op twee plaatsen gebroken kaak omdat hij zonder lisence op een brommer zat. Maar op het moment dat een paar van die handhavers der wet eens even nuttig aan de gang hadden kunnen gaan, waren ze nergens te bekennen natuurlijk.

Toen het duidelijk werd dat ons gebouw niet meteen risico liep, zijn we op het dakterras de boel in de gaten gaan zitten houden. Er kwamen aardig wat vonken onze kant uit, vooral als er weer wat instortte, maar uiteindelijk bleef bij ons niets liggen smeulen. Om 2 uur was het duidelijk dat de brand zover was ingezakt dat hij onze kant niet meer zou uitkomen. Toen regende het inmiddels ook. Suzanne is de kinderen, die zo lang bij Fiona in bed gestopt waren, gaan halen. En ik ben ook naar bed gegaan. Er moest de volgende dag weer lesgegeven worden, nietwaar!

Vooral bij Suzanne heeft die brand er aardig ingehakt. In het begin was de gloed zo fel dat hij bij haar in de keuken leek te zijn. Zij moest in aller ijl met de kinderen het huis uit. Zij was degene die alles dreigde te verliezen.

Ze was eigenlijk net weer een beetje tot rust gekomen toen de volgende klapper kwam. Rashid was al een tijdje hangerig met plotselinge hoge koortsuitbarstingen en hij had een opgezette klier in zijn nek. Ook in het splinternieuwe Global Hospital, met zijn artsen uit alle windstreken, blijken ze maar twee diagnoses te hebben: malaria en kanker. Iets anders kennen ze niet. Oh, ja nier- en leverfalen, dat kreeg Stephanie een week later te horen toen zij met een ziek kind voor onderzoek kwam, maar voor Rashid was de diagnose dus kanker.

Wij dachten niet dat het kanker was, maar je wil wel graag even zekerheid. En je moet ook na gaan denken over ‘hoe verder’ als het wel kanker zou zijn. Terwijl Suzanne met Rashid naar Dar es Salaam vertrok naar de Nederlandse kliniek voor onderzoek, waren Abdul en ik al koortsachtig in de weer met noodscenario’s. En ondertussen deed ik Suzannes werk er even bij.

Uiteindelijk liep ook dit allemaal met een sisser af, zij het niet financieel want Suzannes verzekering blijkt al die onderzoekskosten niet te dekken. Rashid heeft de ziekte van Pfeiffer. En als hij geen koortsuitbarsting heeft, merk je daar eigenlijk weinig van. Hij wordt alleen wat sneller moe voor de goede waarnemer. Met de dochter van Stefanie is het ook weer helemaal goedgekomen.

Een van onze donoren kwam de manier waarop we hun geld uitgeven evalueren op de dag nadat onze huisbaas/benedenbuurman besloten had dat er ongedierte geruimd moest worden uit de opslagruimten op de begane grond. Daar had hij, uiteraard zonder dat eerst even te melden, laat staan te bespreken, een verdelgingsbedrijf voor ingehuurd, dat door middel van lange slangen gif de ruimten inspuugde. Geen beschermende kleding en maskers natuurlijk.

Het resultaat was vrijwel direct zichtbaar. Zo moet één van die 7 plagen van Egypte eruit gezien hebben. Overal krioelde het van de kakkerlakken in alle soorten en maten, op straat, op het terras van Lukmaan’s restaurant, in het trappenhuis. Mensen liepen tegen elkaar aan in hun pogingen de springertjes te ontwijken. Lisenka en ik kwamen net aanlopen toen de wolken kakkerlakken zich naar buiten persten. We konden ons helemaal voorstellen hoe de donor zich voor de rest van haar leven haar eerste indrukken van Zanzibar zou blijven herinneren. Wij besloten maar even een straatje om te lopen

Gelukkig regende het ‘s nachts en de volgende ochtend was het meeste al weer weggespoeld. Suzanne was net op tijd terug uit Dar om zelf alle vragen te beantwoorden waarop ik het antwoord niet bedenken kon.

Pffffft, we konden weer even rustig ademhalen. Dachten we. Lisenka en ik waren al tijden op zoek naar een andere woning. En die hebben we dan toch eindelijk gevonden, een tweede verdieping + dakterras over het hele huis en balkonnetjes voor en achter. Dus we zijn verhuisd, op zijn Afrikaans, met een handkar. Het huis is ook op zijn Afrikaans afgewerkt. In de benedenverdieping die nog niet verhuurd was, werd de keuken geïnstalleerd, toen wij het huis kwamen bezichtigen. Onze verdieping, wél verhuurd, aan ons om precies te zijn, zou daarna aan de beurt komen. Alleen, die keuken van ons, die stoomt nog ergens over de oceaan, en daarna zal hij ook nog wel een tijdje bij de douane liggen. Misschien maak ik die keuken deze jaargang niet eens mee.

Er zijn nog wel wat kleinere ergernissen, zoals een ronde wc bril op een vierkante wc pot, muskietengaas bevestigd op zo’n manier dat de luiken open nog dicht kunnen en voorzien van sluitinkjes die net niet in elkaar passen. Een douchekraan die spontaan van de muur barst op het moment dat de tegelzetter bezig is met de vloer te voegen. Deuren die niet sluiten, (daar hebben we een nachtwaker voor die op het dakterras slaapt), sleutels die niet bestaan. Allemaal van die details die er voor zorgen dat er elke dag wel weer wat anders is waarover we onze vreugde, verbazing, verbijstering, en andere emoties kunnen uiten tegen elkaar en de rest van de wereld. We wonen hier nu echt al met heel veel plezier. Kan je nagaan hoe leuk het hier wordt als het allemaal klaar is, functioneert en van meubelen voorzien is. Maar misschien niet voor eind maart.

Suzanne en de kinderen zijn inmiddels ook aan het verhuizen. Ook met zo’n handkar, dus dat duurt bij haar bij elkaar al twee weken. Tussen de bedrijven door, want de nieuwe cursus is gestart; we hebben een conflict met een van onze donoren; we hebben een contract in de wacht gesleept om les te gaan geven aan hotelpersoneel; nog niet alle studenten van de vorige lichting zijn op stage, en nog zo wat van die rommeligheden.

Zij gaan weer terug naar hun eigen huis, waar ze vorig jaar halsoverkop uit moesten omdat de balken spontaan naar beneden kwamen en het hele huis onveilig bleek. De renovatie die 6 weken zou duren, heeft ruim 7 maanden geduurd en is nu bijna klaar. Bovendien moet ze wel weg uit de verdieping onder de school, want het pand is bestemd voor de vrijwilligers (kleine zijlijn in ons drukke bestaan, kom ik later nog wel eens op terug) en er komen er deze week 2 aan.

En dan onze theater productie Act Now. Het moment dat ik ontdek dat er in mei een eindrapportage moet worden ingeleverd bij Fietsen Scoort, valt ongeveer samen met het bericht van de regisseur dat hij het niet gaat redden om terug te komen naar Zanzibar, misschien in november, maar zelfs dat is niet zeker. Voordat we de handdoek in de ring gooien en het geld teruggeven, willen we toch eerst even naar andere oplossingen kijken, misschien is er in onze netwerkjes nog wel ergens een regisseur? Marjorie, altijd goed in het meedenken, oppert het idee om productiebureaus aan te schrijven. En weet ik niet iemand op Facebook met relaties in die kringen? Goed idee. Ik zet een noodkreet uit bij Otto de Jong, de dirigent van PGM en bij Rolf van Rijsbergen, mijn zangleraar, als ik even thuis ben.

Hoe groot is de kans dat een bericht dat ’s nachts op iemands tijdlijn wordt geplaatst, wordt opgepikt door iemand anders, die ’s nachts een baby aan het voeden is? En hoe groot is dan de kans dat zo iemand een nichtje heeft dat wordt opgeleid tot theater docent en dat zit te springen om een stageplaats in de periode februari-maart?

Ik krijg binnen een paar uur een berichtje binnen van ene Eefje: kan ik haar even vertellen waar het precies over gaat, dan zal zij haar nichtje even een mailtje sturen. Weer een paar uur later heb ik het eerste berichtje van Elke binnen. Tussen de stroomstoringen en het uitvallen van het internet, tussen de lessen en het verhuizen door, ondanks een storing met Skype praten Suzanne en ik om de beurt met Elke: via de whatsapp, Facebook, email en dan toch nog Skype. Suzanne en ik zijn soms net een Siamese tweeling, waar de een stopt, neemt de ander over en omgekeerd.

En binnen een week hebben we een nieuwe regisseur. Elke komt hier op 24 februari aan en blijft een maand. Ruimschoots op tijd voor ons! Inmiddels heeft Abdulsatar gesproken met een vriend van hem die op Zanzibar theatermaker is, beroemd op het hele eiland en buitengewoonervaren in het werken op Zanzibar, ook op het gebied van milieu. En daarmee is het plaatje rond, want voor Elkes stage is hij een veel betere begeleider dan wat wij haar kunnen geven. Het enige hete hangijzer is nog hoe ze samen hun rollen gaan verdelen en hoe ze de klus kunnen klaren voor het beschikbare geld.

Suzanne en ik hebben het er regelmatig over. Hoe vaak wij al uit gaten gekropen zijn waarvan we niet dachten dat we er ooit uit zouden komen! Je zal het zien, dat conflict met die sponsor gaat ook helemaal goed komen!

  • 17 Februari 2016 - 12:09

    T.Neger V Koningsbrugge:

    Lieve Wil,

    Jij verveeld je gelukkig niet,wat een gedoe allemaal.
    Hier gaat alles z.n gangetje,veel last van astrose dank zij de vele regenbuien en de natte sneeuw.
    Vandaag en gisteren mooi zonnig weer maar flink koud het vriest.
    Verjaardag was leuk met kinderen aanhang en kleinkunderen.
    Van de zomer als Dave terug is uit Mali organiseren we weer wat in de tuin.
    Liefs en gr.Trees.

  • 20 Februari 2016 - 11:53

    Wil Smit:

    Hoi Wil,

    Wel allemaal weer heel heftig, al die rampen, bijna rampen en onzekerheden! Gelukkig loopt het meeste goed af.
    Sterkte en groetjes........Wil

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Tanzania, Zanzibar Island

Trouble in Paradise

Dat er het een en ander mis was, had ik al begrepen voor ik arriveerde uit e-mails van de Jajas, (‘de grootouders’, een Amerikaans echtpaar, Dick en Jean, die ieder jaar een paar weken bij het AHI doorbrengen). Zij hadden het weer van iemand die iemand kende die met een groep bij African Hospitality Institute gelogeerd had. Het gerucht ging dat een of twee stafleden op staande voet ontslagen was. Rechtstreekse communicatie is altijd moeilijk omdat er zo weinig mogelijkheden zijn om on line te gaan, dus niemand had van Maggie gehoord. Toen ik vertrok wist ik nog steeds niet zeker of ik zou worden opgehaald en waar ik de nacht zou doorbrengen.

Het was natuurlijk gewoon geregeld. Alleen dacht ik dat ik in Entebbe zou worden onder gebracht. Kwartiertje rijden. Maar de taxirit duurde bijna 2 uur en het was dus wel duidelijk dat ik ergens in Kampala zou slapen. Alleen waar? Mijn taxichauffeur kwam niet verder dan ‘good morning’ met Engels en ik presteer zelfs dat niet in Luganda. Net toen ik begon te denken dat er nooit meer een eind kwam aan de rit en dat ik misschien wel gewoon ontvoerd werd, stopte de taxi. Uiteraard was de nachtwacht in diepe rust, dus het duurde even voor de poort open ging, en pas nadat half Kampala gewekt was door het aanhoudend getoeter, maar toen bleek er en prima kamer voor me gereserveerd en dat Maggie ‘s morgens met me zou ontbijten.

Het was nog even spannend of ze me Oeganda zouden binnenlaten. Ik kreeg zowat een hartverzakking toen ik in het vliegtuig mijn immigratiepapieren invulde en de vervaldatum van mijn paspoort zag. Ik kan nog steeds niet uit over mijn eigen stommiteit! Mijn paspoort vervalt in januari. Officieel moet een paspoort nog minimaal 6 maanden geldig zijn op de dag van vertrek UIT Oeganda. Maar toen bleek dat ik voor eind november weer weg zou zijn, maakte de immigratiedienst verder geen problemen meer. Hier in Zanzibar keken ze niet eens naar de datum. Maar ook hier kwam ik niet zo maar binnen. Ik heb een verblijfsvergunning die nog 2 jaar geldig is. Maar kennelijk moet je daar iedere keer voordat je het land weer verlaat een stempel voor gaan halen op het kantoor van de immigratiedienst. Dat had ik dus niet gedaan. Gelukkig heb ik daar nog tot eind maart de tijd voor.

Tijdens het ontbijt kreeg ik het hele droeve verhaal. Van de 4 docenten had Maggie er 3 op staande voet moeten ontslaan vanwege ongewenste intimiteiten met de studenten en diefstal van de voorraden. Alleen Christine was nog over, maar Christine was zo geschokt door de gebeurtenissen dat ze nauwelijks nog functioneerde. De overige stafleden: William, Hakim, Otto en Mozes verdwenen voortdurend uit beeld en hun werk bleef liggen. De nieuwe docenten David en Rosaline wisten niet hoe ze de zaken aan moesten pakken en de studenten deden precies waar ze zin in hadden. “Je begint weer helemaal van voren af aan”.

AHI leek op het eerste gezicht nog even mooi, maar er was niet veel voor nodig om te zien dat de boel aardig uit de hand gelopen was. Vooral de chaos in de keuken was zorgwekkend. Maar ook de kamers, de tuin en het restaurant zagen er verwaarloosd uit. Maggie zei dat ze inmiddels hulp had van Tracy, een Amerikaanse missionaris, die op het terrein logeerde met haar dochter, een vriendin en een baby. Tracy hielp Maggie met het personeel en de studenten spiritueel weer op peil te krijgen(!) Maar dat de studenten dit jaar niet op stage zouden kunnen, stond voor beiden vast.

Met Tracy heb ik het nog wel een aantal keren behoorlijk aan de stok gehad. Ze had een merkwaardig soort van grip op Maggie, en haar regime van schuld en boete droeg alleen maar bij aan het verdiepen van de sfeer van algemene malaise. Althans, zo voelde ik het en de Jajas, die een dag na mij arriveerden, dachten er al snel het zelfde over. Dick had het na 2 dagen nog uitsluitend over ‘that bitch’.

Eigenlijk zijn dit soort toestanden de spannendste uitdagingen. Ik zat een uur na aankomst al met alle stafleden om de tafel. Ze hadden een hele lijst vragen en problemen, maar waar het op neerkwam was eigenlijk: de discipline is zoek, ook bij onszelf, en we weten niet hoe we de studenten weer in het gareel moeten krijgen. Help!!!!

Mijn uitgangspunt was dat de studenten niet het slachtoffer mochten worden van het falen van AHI, dat ze best wisten wat er van ze verwacht werd, en dat ze dat ook zouden gaan tonen zodra de discipline weer hersteld was en dat dus iedereen tegelijkertijd moest worden aangepakt.

Vanaf dat moment ben ik continu in de weer geweest, niet alleen met trainen en lesgeven, maar ook met iedereen voortdurend aanspreken op zijn of haar gedrag. Het werd al snel een spelletje waar iedereen aan meedeed. “Look at the state of your uniform”, en “you are walking the African shuffle”, riepen ze al snel voortdurend tegen elkaar zonder dat ik er nog veel aan hoefde te doen. De Jajas spelen altijd essentiële rollen bij alles en ook hier deden ze met veel plezier aan mee.

Ondanks gestructureerde tegenwerking van Tracy, die steeds meer lestijd voor zichzelf ging opeisen, en, via Maggie, steeds meer eisen bij mij neerlegde over bidden voor, na en tijdens elke les, is het uiteindelijk gelukt de stafleden weer als team te laten opereren en de studenten zover bij te spijkeren dat ze op stage kunnen. (zonder al dat bidden). In de derde week werd de kentering plotseling zichtbaar. En met de kentering kwam ook de vrolijkheid en het plezier in eigen kunnen weer terug.

De uiteindelijke confrontatie kwam toen Tracy besloot dat de studenten geen examen konden doen zo lang hun ziel niet gered was. Tot overmaat van ramp moest Rosaline halsoverkop naar Kampala worden afgevoerd voor een wortelkanaalbehandeling, waardoor zij haar lessen en haar examens niet zelf kon afmaken. Dit leek me een mooi moment om Maggie voor het blok te zetten. En die hoefde gelukkig niet al te lang na te denken. Tracy mocht pas weer lesgeven als alle examens achter de rug waren, de dag na mijn vertrek. De studenten vertrekken zondag naar hun stageplekken, dus Tracy heeft nog vanaf donderdagmiddag tot zaterdagavond de tijd om hun zielen te redden. Dat moet genoeg zijn.

Fellowships werden vorig jaar eens in de week op maandag gehouden. Onder Tracy’s regime werd dat elke ochtend en dan ‘s middags nog eens een gezamenlijk gebed. Dat is op mijn aandringen weer teruggebracht naar alleen op de maandag, gevolgd door een verplichte stafvergadering waarin de werkzaamheden voor de week verdeeld worden. Christine en William zijn er samen verantwoordelijk voor te controleren dat het werk ook echt gedaan wordt en voor het aanspreken van hun collega’s op alles dat blijft liggen. Zo hebben ze het zelf besloten tijdens de team-building sessies. Ik ben reuze benieuwd of dat gaat lukken. Ze zien in elk geval alle 7 de noodzaak van de constructie in.

De laatste fellowship, op de donderdagochtend van mijn vertrek, na het laatste examen, was Tracy’s moment van wraak … dacht ze. Ze eiste dat ik publiekelijk een geloofsbelijdenis zou afleggen. Ik legde uit hoe anders de dynamiek op Zanzibar is, waar ook mijn moslim- en hindoestudenten altijd willen weten wat ik nu eigenlijk wel en niet geloof; dat god volgens de leer van Tao 9 miljard namen heeft en dat een mens pas in staat is gods grootheid te bevatten als hij alle 9 miljard namen uit kan spreken en dat het er dus niet zoveel toe doet bij welke naam je god noemt; dat de aarde maar een klein stipje is tussen de miljarden sterren, manen en planeten waarvan we inmiddels het bestaan kennen; dat op dat hele kleine stipje 6 miljard mensen leven en dat die 6 miljard maar een fractie zijn van alle leven op aarde. Volgens mij is god niet zo bezig met het welzijn van onze individuele zielen.

Ik ben een geboren twijfelaar. Ik weet niet wat ik geloven moet. Ik zie god niet als een persoon. Ik denk dat de schepping god is, dat god de schepping is en dat wij niet het recht hebben om uit te maken wat we daarvan wel en niet willen accepteren. (Op homoseksualiteit, abortus en prostitutie, om er maar een paar te noemen, staat in Oeganda de doodstraf, en daar oefent de Amerikaanse missie a la Tracy behoorlijk wat invloed op uit).

Maar tegelijkertijd ben ik er van overtuigd dat ons leven er toe doet, en dat we de plicht hebben zoveel mogelijk van dat leven te maken. Ik denk dat niemand oud wordt zonder fouten te maken en anderen leed te berokkenen, maar ook dat het leven je tweede kansen biedt om je fouten te herstellen.

Mijn opdracht aan de studenten: “zorg dat je leven er toe doet, dat je leert van je fouten en dat je anderen helpt iets van hun leven te maken”, werd met applaus begroet. Daarna werd het nog reuze gezellig met veel grappen en grollen en heel veel geknuffel over en weer.

Ik denk eigenlijk dat dat nog de grootste winst is: dat ze weer in zichzelf geloven en dat ze er weer zin in hebben. Ik denk dat ze het prima zonder mij kunnen. Maar voor alle zekerheid willen ze toch wel graag zeker weten dat ik volgend jaar weer kom. En wie wil er nou niet ieder jaar een paar weken doorbrengen in dit stukje paradijs! De Jajas komen er al 10 jaar en hun kinderen en kleinkinderen komen ook regelmatig. En iedereen geeft gastlessen. Ik hoop dat we het ook volgend jaar weer zo kunnen coördineren dat we tegelijkertijd in Oeganda zijn. Zonder hun hulp had ik het dit jaar niet gered.





Recente Reisverslagen:

19 Maart 2016

Levenslessen

16 Februari 2016

Even bijpraten

20 December 2015

Graduation Day

03 December 2015

Wie zijn hoofd niet gebruikt...
WHM

gezicht 2022

Actief sinds 04 Sept. 2006
Verslag gelezen: 495
Totaal aantal bezoekers 129548

Voorgaande reizen:

21 Juni 2019 - 21 Juni 2019

PUM missies in Yogyakarta

04 November 2015 - 27 November 2015

Trouble in Paradise

07 Mei 2012 - 26 Mei 2012

Mijn eerste reis

Landen bezocht: